Algemene wet bestuursrecht
Met een blik op de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) gaan we er vanuit dat de aanvrager degene is die een aanvraag indient. "Onder aanvraag wordt verstaan: een verzoek van een belanghebbende, een besluit te nemen" (artikel 1:3, derde lid van de Awb). "Onder belanghebbende wordt verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken" (artikel 1:2, eerste lid van de Awb). Het gaat dus om een belanghebbende die verzoekt een besluit te nemen.
Wie verzoekt?
Om te bepalen wie er feitelijk het verzoek indient moet er worden vastgesteld welke juridische entiteit met rechtstreeks belang het verzoek indient. In veel gevallen gaat dit om een natuurlijke persoon; een mens van vlees en bloed. De natuurlijke persoon kan op persoonlijke titel een aanvraag indienen. Denk bijvoorbeeld aan de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een dakkapel bij een woonhuis.
Onderneming
Vaak wordt een aanvraag gedaan vanuit het belang van een onderneming. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de aanvraag voor een exploitatievergunning voor een openbare inrichting (doorgaans horeca). Conform de Handelsregisterwet 2007 zijn deze ondernemingen ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel (de artikelen 2 t/m 5). Deze ondernemersvormen kunnen worden onderscheiden in ondernemersvormen zonder rechtspersoonlijkheid en ondernemersvormen mét rechtspersoonlijkheid.
Rechtspersoon
Een ondernemersvorm met rechtspersoonlijkheid is een rechtspersoon. In de artikelen 1 t/m 3 van het Burgerlijk Wetboek Boek 2 staat omgeschreven welke rechtspersonen er zijn. Een rechtspersoon ontstaat bij notariële akte en bezit dus rechtspersoonlijkheid. Dit betekent bijvoorbeeld dat de entiteit in beginsel op zichzelf aansprakelijk is en een afgescheiden vermogen heeft. Neem het voorbeeld van de aanvraag voor een exploitatievergunning voor een openbare inrichting door een besloten vennootschap (hierna: B.V.). Behaalde winst behoort bij het vermogen van de B.V.. Als er schade ontstaat door een marginale fout van een bestuurder, dan zal voor schadevergoeding in beginsel aanspraak moeten worden gedaan op het vermogen van de B.V., niet op dat van de bestuurder.
Concluderend
Een verzoek kan worden ingediend door een natuurlijke persoon, een ondernemersvorm zonder rechtspersoonlijkheid of een rechtspersoon. De entiteit uit wiens belang de aanvraag wordt ingediend is aanvrager in lijn met de definities van de Awb.
Aandachtspunten
Als er één (contact)persoon is die de aanvraag ondertekent betekent dit dus niet dat deze persoon ook automatisch de aanvrager is. Het kan bijvoorbeeld gaan om één bestuurder of vennoot binnen een ondernemersvorm welke de aanvrager is. Ook is het mogelijk dat de (contact)persoon gemachtigd is om voor de aanvrager een aanvraag in te dienen.
Als helder is wie de aanvrager is, dan is het niet altjd zo dat de aanvrager ook de houder van de gevraagde beschikking is. Zo stelt o.a. de Drank- en Horecawet een eigen definitie van vergunninghouder: "De natuurlijke persoon of de rechtspersoon aan wie de vergunning [...] is verleend". In dit geval is de V.O.F. geen vergunninghouder, maar de vennoten als natuurlijke personen in de V.O.F.. De ondernemersvorm van een V.O.F. bezit immers geen rechtspersoonlijkheid conform het Burgerlijk Wetboek Boek 2.